Workshops

Achter de workshops staat het lokaal waar deze gehouden wordt.

L1. 3, 2, 1… kies! (lokaal A1.18)
Jinte Spijker en Marianne Laponder

Hoe kom je erachter wat je leerlingen hebben opgestoken/onthouden van de les van vandaag of gisteren? Het stellen van diagnostische vragen is een snelle en makkelijke manier om hier inzicht in te krijgen. Op basis van de uitkomst kun je beslissen hoe het vervolg van je les(sen serie) eruit ziet.
We laten je kennis maken met diagnostische vragen en hoe je ze kunt gebruiken. Daarna gaan we aan de slag met het maken van vragen die je morgen al kunt gebruiken in je les.
Nieuwsgierig geworden? Neem hier alvast een kijkje, er staan al veel Nederlandstalige vragen.

L2. Onderwijs aan Oekraïense leerlingen (lokaal A1.22)
Swier Garst

In april 2022 groeide mijn school plotseling met drie klassen: vluchtelingen uit Oekraïne. De indeling van de klassen was op basis van leeftijd van de leerlingen. Er kwamen drie klassen: 11-12 jarigen, 13-14 jarigen en 15 jaar en ouder. De leerlingen kregen veel uren Nederlands. Daarnaast waren er vakken als muziek, bewegingsonderwijs, aardrijkskunde en Engels. En … natuurlijk wiskunde.
In deze workshop vertel ik over mijn ervaringen met de drie klassen leerlingen uit de Oekraïne en vooral wat je ervan leert voor het onderwijs aan de reguliere leerlingen. Onderwerpen als de essentie van taal, de rol van herhaling, hoe vind je materiaal voor deze leerlingen en nog meer, komen in deze workshop zeker ter sprake.

L3. “De statistiek van tegenwoordig” in het hoger economisch onderwijs.
(lokaal A0.22) Tanja Groenendaal

Ook zo benieuwd wat onze studenten doen met de statistiek die ze van jullie hebben geleerd?
De workshop start met een inkijkje in de cursus Analysevaardigheden met Excel van de opleiding Commerciële Economie van Hogeschool Utrecht.
Daarna is er ruimte om dieper op onderdelen van die cursus in te gaan en/of in een groepsgesprek te verkennen in hoeverre dit aansluit bij jouw verwachtingen. Zouden wij de lat hoger kunnen leggen of verwachten we juist teveel actieve voorkennis?
Doelgroep: docenten havo wiskunde A en docenten mbo.

L4. Wiskundig bewijzen in het voortgezet onderwijs (lokaal A1.20)
Hans Sterk (Technische Universiteit Eindhoven) en Bert Zwaneveld (Open Universiteit)

Een paar jaar geleden merkten de docenten van de Bacheloropleiding Toegepaste Wiskunde van de TU/e een behoorlijke weerzin van de eerstejaars tegen het onderdeel wiskundig bewijzen. Die tegenzin kunnen we samenvatten met hun commentaar: “Waarom moet dat bewijzen? Die bewijzen staan in het dictaat en zijn gemaakt door vooraanstaande wiskundigen.”

Kennelijk hebben ze het belang, het voordeel, het mooie van bewijzen niet ervaren in hun wiskundeonderwijs in het voortgezet onderwijs.
Deze onvrede was aanleiding voor ons onderzoek te doen naar hoe de studenten aan het eind van hun eerste jaar aankijken tegen wiskundig bewijzen.
Als wetenschappelijk kader voor ons onderzoek gebruikte we het Threshold Concept Framework (Drempelbegrippenraamwerk).
In onze workshop zullen we dit raamwerk presenteren, alsmede de resultaten van ons onderzoek.
Maar vooral willen we met de deelnemers in discussie over de vraag: ‘Hoe belangrijk vindt u wiskundig bewijzen in het voortgezet onderwijs en hoe zou u kunnen bijdragen aan het verminderen van de weerzin tegen bewijzen?’



L5. Building Thinking Classrooms (lokaal A0.20)
Maarten Müller

Wat heeft de jeugd van tegenwoordig nodig? Kennis en vaardigheden binnen de vakken rekenen en wiskunde behoren daartoe, maar er zijn andere zaken die minstens zo belangrijk zijn. Denk aan probleemoplossend vermogen, doorzettingsvermogen, samenwerken en risktaking.
Peter Liljedahl beschrijft in zijn boek Building Thinking Classrooms, dat gebaseerd is op 15 jaar onderzoek in klaslokalen, welk antwoord een docent moet geven op 14 verschillende vragen om tot de optimal practice for thinking te komen; weg van voorbeeldjes nadoen en richting echt diep denken.
Leerlingen werken in groepjes, staand bij whiteboards aan mondeling geïntroduceerde opdrachten, waarbij er veel interactie is binnen de groepjes en tussen de groepjes. De uitleg volgt na het maken van de opdrachten aan de hand van het werk van de leerlingen.

In deze workshop ervaar je hoe een Thinking Classroom aanvoelt en ga je in gesprek over wat erbij komt kijken om een Thinking Classroom te creëren.

L6. De doorstroom mbo-hbo van tegenwoordig (lokaal B1.19)
Erik Borghuis (Deltion) en Christiaan Boudri (HAN)

Toen de huidige doorstromers van mbo naar het technisch hbo werden geboren, was net het fundament onder deze overstap weggeslagen. Vanaf 2004 was een mbo-4 diploma namelijk voldoende voor toelating tot het technisch hbo, zonder verdere eisen aan wiskunde of natuurkunde.
De meeste ROC’s maakten van de gelegenheid gebruik om zich op de directe beroepspraktijk te focussen. Enkele ROC’s ontwikkelden samen met een hogeschool vrijwillige aanvullende wiskundecursussen. Veel studenten liepen hopeloos en nodeloos tegen hun grenzen aan.
Gelukkig bevinden we ons weer op de weg terug. Vanaf schooljaar 2014-2015 werden op het mbo keuzedelen ingevoerd. Een daarvan was het keuzedeel Voorbereiding HBO wiskunde voor de Techniek. Op basis van de opgedane ervaringen is dit keuzedeel per 1-8-2022 opgesplitst in twee aansluitende delen. Hiermee wordt in principe het hele traject bestreken van het technisch vervolgonderwijs van Technische Bedrijfskunde tot Elektrotechniek. Daarnaast is er een keuzedeel voor gevorderden, voor de echte bollebozen.

In deze workshop bespreken we wat de keuzedelen inhouden, hoe de examinering in zijn werk gaat, en hoe de opsplitsing tot stand is gekomen.

L7. Een eigen lesmethode samenstellen vanuit Math4all (lokaal A0.24)
Frits Spijkers en Ton Otten

Vanuit het materiaal van Math4all kun je zelf je lesmateriaal samenstellen en schooleigen readers produceren. Dat doe je door pdf’s te maken en daarbij te kiezen welke elementen je voor je leerlingen wilt gebruiken. In de workshop laten we zien hoe dit gaat en welke mogelijkheden er zijn. Ook tonen we hoe je er echt een eigen lesmethode van kunt maken. We demonstreren hoe je op eenvoudige wijze zaken kunt aanpassen, maar ook hoe je er een totaal andere draai aan kunt geven, bijvoorbeeld naar probleem gestuurd onderwijs.

L8. Vlakvullingen (lokaal A1.26)
Bert Wikkerink

Escher was een meester in het maken prenten gebaseerd op
regelmatige vlakvullingen. Eenvoudige vlakvullingen zijn op papier goed te maken maar dat kost vaak veel tijd en kleine variaties moeten weer helemaal
opnieuw getekend worden.
Bij het onderzoeken en maken van vlakvullingen kan de computer
een goed hulpmiddel zijn. Aanpassingen aan een bestaande vlakvulling kunnen snel gemaakt worden zonder dat je alles weer opnieuw moet tekenen.

In deze workshop kijken we naar verschillende soorten vlakvullingen en hoe je de computer kunt inzetten om ze te maken. De resultaten zijn direct te zien en geven tegelijkertijd een goed inzicht in de constructie van deze vlakvullingen.

L9. MART-kaarten: spelenderwijs oefenen met het maken van formules (lokaal B1.07)
Paul Hugo Alink

Deze workshop gaat over het maken, ontwerpen en inzetten van MART-kaarten, oftewel Mathematical ART-kaarten, in je les. MART-kaarten zijn visueel mooi vormgegeven kaarten met kleurrijke vlakken en lijnen. Elke lijn op deze kaarten vertegenwoordigt een wiskundige formule en biedt zo een boeiende manier om verschillende verbanden te begrijpen en te bespreken.
Leerlingen krijgen de opdracht om MART-kaarten na te maken door formules in te vullen in GeoGebra, wat hen directe feedback geeft over de nauwkeurigheid van hun grafieken in vergelijking met het voorbeeld.
Deze activiteit verbetert niet alleen de symbol sense en concept image van de leerlingen, maar ook het vermogen om wiskundige taal te gebruiken.

Neem een eigen device mee waarop je met GeoGebra kunt werken. Dit bied je de mogelijkheid om direct het plezier ervan te ervaren en wellicht MART-kaarten meteen toe te passen in je toekomstige lessen!

L10.  META-kaarten (lokaal B1.77)
Richard Meijer, Susan Hollander en inleiding Plonie Nijhof

Hoe kun je de metacognitieve vaardigheden trainen in de wiskundeles? Dit kan met behulp van META-kaarten. Twee studenten van de HvA hebben dit toegepast in hun praktijkonderzoek.

Richard Meijer heeft de META-kaarten ingezet om te onderzoeken of dit een effectieve laagdrempelige interventie is om metacognitieve vaardigheden te ontwikkelen.

Susan Hollander heeft de META-kaarten ingezet voor het trainen van metacognitieve vaardigheden om leerlingen voor te bereiden op de onderzoeksvraag bij het eindexamen havo wiskunde A.

Na een inleiding van Plonie Nijhof, bedenker van de META-methode, vertellen Richard en Susan in deze workshop over de bevindingen en conclusies uit hun onderzoek. Vervolgens kun je zelf aan de slag met het brainstormen over toepassingen in jouw eigen onderwijspraktijk en kun je een begin maken met eigen META-kaarten.

L11. Over de toekomst van wiskunde B op de havo (lokaal A0.30)
Theo Nijboer, Henk Hietbrink, Hugo Mulder

Zou wiskunde B op de havo niet een vak moeten zijn dat leerlingen die een bèta-profiel gekozen hebben plezier brengt? Een vak dat leerbaar is en goede resultaten met zich meebrengt? Veel docenten ervaren dat anders. In deze workshop presenteren we de opbrengsten van een vragenlijst die via de NvvW, de wiskundE-brief en Facebook verspreid is. Meer dan honderd docenten hebben gereageerd. In de workshop willen we onze ervaringen uitwisselen met ervaringen van deelnemers en vragen om tips en aanbevelingen voor havo wiskunde B, nu en in de toekomst.

L12. Hoe maak je de jeugd van tegenwoordig actief in je les? (lokaal A1.28)
Rob van Oord en anderen

Wij hebben het idee dat leerlingen na de corona voor een deel de interesse in actief meedoen met de wiskunde in de les zijn kwijtgeraakt. In deze workshop willen we met jullie mogelijkheden bespreken hoe je leerlingen in je les actief met wiskunde bezig kunt laten zijn. Wij brengen zelf een aantal suggesties in, die we zelf met succes gebruiken. Maar we willen ook graag van jullie horen welke dingen jullie zelf met succes hebben “uitgevonden”. Het zou mooi zijn als jullie zelf ook een of meer voorbeelden kunnen inbrengen in de discussie.

Van de besproken items wordt door een van ons een verslag gemaakt en aan liefhebbers opgestuurd.
“Wij” zijn enkele leden van de werkgroep havo-vwo van de NVvW.

L15. Vakmaatjes (lokaal B1.79)
Joke Daemen, Veerle van den Hurk, vakmaatjes en docentvluchtelingen

Vakmaatjes zijn wiskundedocenten die in gesprek willen gaan met een vluchteling die in het bezit is van een (buitenlandse) onderwijsbevoegdheid voor het vak wiskunde. Hiermee kunnen docentvluchtelingen zich oriënteren op het Nederlandse onderwijs. Door in gesprek te gaan met een ervaren docent en mogelijk ook de docent op school te bezoeken, hopen we dat zij een goed beeld krijgen en enthousiast worden voor het wiskundeonderwijs in Nederland. In deze workshop gaan we in gesprek met vakmaatjes en docentvluchtelingen en is er de mogelijkheid om ervaringen te delen met al bestaande vakmaatjes of vragen te stellen.

L16. Materiaal voor leraren ontwikkeld door wiskunde studenten (lokaal B0.14)
Laura Kubbe en Nicos Starreveld

Het curriculum van de bacheloropleiding Wiskunde van de Universiteit van Amsterdam (UvA) bevat een vak in het tweede jaar over communicatie, onderwijs en didactiek van de wiskunde. Onze visie met dit vak is om de samenwerking tussen de universiteit en het voortgezet onderwijs te versterken. In dit vak werken studenten aan een groepsproject met als doel onderwijsontwikkeling of onderwijsverbetering, in afstemming met een leraar uit een school of de lerarenopleiding. Het doel is dat wat de studenten gaan ontwikkelen gebruikt kan worden in de klas. Wil jij samenwerken met studenten van de bachelor Wiskunde van de UvA? Kom dan mee discussiëren in deze workshop.
Studenten van vorig jaar zullen aanwezig zijn om hun werk te laten zien, van modules over statistiek en programmeren, tot wiskundelessen met gebruik van origami of artikelen uit Pythagoras!



L17. VUStat en neurale netwerken(AI) (lokaal B0.16)
Piet van Blokland 

De media staan vol met berichten over AI.  Veel mensen kunnen zich weinig bij neurale netwerken voorstellen. Drie maanden geleden ben ik begonnen VUStat uit te breiden, zodat leerlingen zich iets meer bij neurale netwerken kunnen voorstellen en ermee kunnen spelen. Tot nog toe heb ik van drie ideeën die ik had, een eerste versie gemaakt.

  1. Uitbreiding bij de app data-analyse zodat bij een willekeurig bestand een neuraal netwerk gemaakt wordt, waarmee voorspellingen gedaan kunnen worden.
  2. Een neuraal netwerk om cijfers te leren herkennen. Leerlingen kunnen het model ook testen met zelf geschreven cijfers.
  3. De kwadratische functie. De leerlingen mogen zelf aan de knoppen draaien om met behulp van een neuraal netwerk de kwadratische functie te benaderen.

L18. Denk mee met de nieuwe syllabus wiskunde vmbo (lokaal B1.89)
Madeleine Vliegenthart en Laura van den Berg

Eind augustus 2023 is de syllabuscommissie wiskunde vmbo gestart in opdracht van het CvTE. Denk je mee? We presenteren jullie graag het eerste uitgewerkte deel (VVV verbanden, verschijningsvormen en vergelijkingen) van de syllabus. Het eerste deel bevat in ieder geval algebra om zo de aansluiting met de havo te verbeteren. We hopen zo veel mogelijk feedback op te halen zodat we dit kunnen gebruiken bij de ontwikkeling van de rest van de syllabus.

L19. Wat is digitale geletterdheid bij wiskunde? (lokaal B1.91)
Nataša Grgurina en Anika Embrechts 

SLO is op dit moment bezig met het actualiseren van kerndoelen voor alle leergebieden, en ook met het actualiseren van examenprogramma’s wiskunde. In de examenprogramma’s wordt digitale geletterdheid geïntegreerd in andere vakken — en dus ook bij wiskunde.
Dat gebeurt niet alleen omdat de andere vakken relevante context bieden om op betekenisvolle wijze te werken aan de doelen van digitale geletterdheid. Belangrijker nog, omdat ook de inhoud van andere vakken beïnvloed wordt door de mogelijkheden die digitale technologie biedt.

Wat betekent deze integratie voor de dagelijkse lespraktijk? Op welke punten is digitale geletterdheid essentieel voor wiskunde? En hoe kan het wiskunde versterken?
In deze workshop gaan we in op deze vragen en kijken we aan de hand van een aantal voorbeelden hoe digitale geletterdheid een concrete invulling kan krijgen binnen een wiskundeles.

L20. Inspiratieworkshop Gelijke Kansen voor Meiden en Jongens (lokaal A1.22
Laura Doornkamp

Onderzoek toont aan dat jongens en meiden niet altijd dezelfde kansen krijgen in het onderwijs: zo presteren jongens minder goed en vallen zij vaker uit en zo zijn meiden nog altijd ondervertegenwoordigd in technische opleidingen. Als docent kun je door (kleine) handelingen het verschil maken! Doe mee met de inspiratieworkshop waarin we in een actief en inspirerend uur verkennen welke bewuste & onbewuste ideeën over meiden en jongens bestaan in de school en welke invloed die kunnen hebben op het onderwijs. Door middel van wetenschappelijk onderwijsonderzoek en actieve werkvormen creëert deze workshop bewustwording en biedt het concrete en gemakkelijke tips & trucs om jongens en meiden gelijke kansen in een sociaal veilige leeromgeving te bieden.

L21. Rekenen-wiskunde als basisvaardigheid in andere vakken (lokaal B1.11)
Monica Wijers

Onlangs adviseerde de onderwijsraad in de publicatie Taal en rekenen in het vizier (2022) om meer aandacht te besteden aan de rekenontwikkeling van leerlingen in andere vakken. Andere vakken bieden, aldus de onderwijsraad, betekenisvolle en effectieve contexten voor het inbedden van het oefenen en gebruiken van rekenen-wiskunde. Dit is geen nieuw geluid, maar in de discussie over basisvaardigheden is het weer actueel geworden. De vraag is natuurlijk hoe je dit binnen school kunt vormgeven en uitvoeren met collega’s van andere vakken. In deze werkgroep gaan we hierover in gesprek en wisselen we praktische tips, voorbeelden en lesmaterialen uit.

L23. Woorden en waarden in wiskunde
Actualisatie examenprogramma’s wiskunde voor havo en vwo (lokaal A1.30)
Rogier Bos en Johan Brons

Hoe staat het met de actualisatie van de examenprogramma’s wiskunde voor havo en vwo? De vakvernieuwingscommissie praat je bij.

We ontkomen er niet aan om woorden en waarden in de wiskundewereld tegen het licht van de tegenwoordige tijd te houden. Onderwijs verandert continu. Denk bijvoorbeeld aan het belang van maatschappelijke kwesties, de organisatie van de leerprofielen, en het gebruik van ICT. Deze en andere ontwikkelingen vragen om een heldere plaats in het landelijke examenprogramma wiskunde. In de workshop komen we samen tot nieuwe woorden en waarden die de komende decennia mee kunnen.

L24. Wiskunde onderwijzen door probleemoplossen (lokaal A1.38)
Gerrit Roorda

Deze workshop gaat het over Wiskunde onderwijzen door probleemoplossen ofwel Teaching through Problemsolving (TTP). Kenmerkend voor TTP-lessen is dat leerlingen uitgedaagd worden om zelf over wiskundeopdrachten na te denken en vervolgens hun ideeën onder leiding van de leraar met elkaar te delen in een klassengesprek. De TTP-les bestaat uit vier fasen:
1) presenteren van het probleem
2) zelfstandig en in samenwerking oplossen van het probleem door leerlingen
3) bespreken van oplossingswijzen en redeneringen van leerlingen
4) samenvatten.
De TTP-didactiek is gericht op zowel vakinhoudelijke doelen als op probleemoplossingsvaardigheden. Op dit moment richten we ons met name op het ontwikkelen van lessen in de onderbouw passend bij het schoolboek. Dit is het vervolg op een eerder project waarin vooral losse lessen zijn ontwikkeld.
In de workshop bespreek ik hoe we nu met wiskundesecties een leerlijn van TTP-lessen ontwikkelen, passend bij de methode die de school gebruikt. Ik zal handvatten geven voor het ontwerpen en geven van een TTP les. Ook ontvangt u materialen voor andere TTP-lessen.

L25. Digitale games voor in de wiskundeles (lokaal A1.66)
Sonia Palha en Daan van Smaalen 

In het kader van het Europese project GAMMA (GAMe-based learning for MAthematics) zijn diverse games ontwikkeld voor verschillende onderwerpen, zoals functies, meetkunde en statistiek. In deze workshop presenteren we de games en materialen die in het GAMMA project zijn ontwikkeld. Neem je computer mee om zelf aan de slag te gaan!

L26. De mondelinge STEX-examens: wie, wat, hoe… (lokaal A0.22)
Paul Schaper en Ruud Stolwijk

Elke jaar nemen grote aantallen kandidaten deel aan de mondelinge STEX-examens. Maar wat zijn dat eigenlijk voor kandidaten, en waarom doen ze mondeling, en hoe werkt zo’n mondeling eigenlijk… en wie nemen het af? Deze en andere vragen komen aan de orde in deze workshop, die wordt gegeven door Paul Schaper (wiskundedocent in het speciaal onderwijs) en Ruud Stolwijk(wiskundedocent in het regulier onderwijs) – beide actief als STEX-examinator.
Naast de nodige informatie en de mogelijkheid tot het stellen van vragen is ook een korte versie van een mondeling(met een echte kandidaat) onderdeel van deze workshop. Je kunt dus ‘live’ ervaren dat een mondelinge toets ook bij wiskunde prima kan – bijvoorbeeld bij leerlingen die bij een schriftelijke toets er niet goed in slagen te laten zien wat ze kunnen.

L27. Desmos: directe feedback bij interactief oplossen van opgaven (lokaal B1.13)
Jos Vervoort

Herkent u dit als u uw leerlingen examenopgaven laat maken: leerlingen beginnen vaak met een eerste blik op de beschikbare uitwerking, dat is dan al bepalend voor de rest van hun uitwerking. De controle op juistheid gebeurt dan meestal door vergelijking met het eindantwoord. Bij het niet correcte antwoord wordt dan de volledige uitwerking
overgenomen, niet zelden zonder deze grondig te bestuderen.
Kan het ook anders?
Leerlingen willen graag meteen zien of ze in de goede richting zitten met het oplossen van een wiskundig probleem. Het programma Desmos is hiervoor bijzonder geschikt!
Het is bijzonder gebruiksvriendelijk en kan daarom zonder problemen gebruikt door
leerlingen van leerjaar1 voor eenvoudige wiskunde t/m leerlingen van HAVO 5 en VWO 6 voor problemen op examenniveau.
Er zijn examenbundels beschikbaar voor HAVO en VWO A/B met alle uitwerkingen, die ondersteund worden met Desmos-tools.
Het programma Desmos is vrij beschikbaar via de site Desmos | Grafische rekenmachine
Je kunt het beste werken met een laptop of tablet.

L28. Studenten ontwerpprijs (lokaal B1.17)
(Genomineerde studenten)

Op lerarenopleidingen wordt door studenten prachtig materiaal ontwikkeld. Om dit ook voor een breder publiek toegankelijk te maken is enkele jaren geleden door de NVvW de ontwerpprijs in het leven geroepen. Elke hogeschool mag het beste vakdidactische product van het afgelopen jaar aanleveren. De producten zijn inspirerend, origineel, stimuleren de creativiteit, wiskundig denken en / of handelen van leerlingen. Ze zijn overdraagbaar en laagdrempelig en goed uitvoerbaar. Ook komt de schoonheid van de wiskunde en/ of een bijzondere toepassing van de wiskunde naar voren.
Tijdens deze workshop worden de drie beste producten door de studenten gepresenteerd, waarna de jury de beoordeling en een mooie prijs uitreikt. Er is voldoende gelegenheid om het gemaakte materiaal te bekijken en te ervaren. Laat je inspireren!



U1. Test-Correct: Gepersonaliseerd onderwijs, hoe zet ik dat efficiënt in voor beter wiskunde onderwijs? (lokaal A0.24)
Alex Karlas en een collega

In deze workshop wordt u door een collega-docent meegenomen in zijn ervaring met het inzetten van digitaal toetsen en activerende werkvormen in zijn les. Hij behandelt vraagstukken zoals:

  • Hoe zorg ik voor actieve gemotiveerde leerlingen?
  • Hoe kan ik peer feedback stimuleren en inzetten?
  • Hoe zorg ik, ondanks de werkdruk, voor een gepersonaliseerde benadering afgestemd op waar mijn leerlingen staan?
  • Welke tools zijn er om gepersonaliseerde leerdoelgerichte inzichten te krijgen in mijn klas?

Met voorbeelden uit de praktijk wil hij inspireren en vooral het vertrouwen geven dat het kan!
Daarnaast deelt onderwijsverbeteraar en voormalig docent Alex Karlas zijn kennis in het inzetten van formatief handelen voor een persoonlijke benadering, afgestemd op waar de leerlingen staan.
Voor een interactieve workshop is het aanbevolen om je laptop mee te nemen. Alle gegeven praktische tips gaan wij ook samen interactief toepassen!

U2. Trends in het onderwijs (lokaal A0.30)
Harmen Soppe en Annemarie Roukens

Het onderwijs is altijd in beweging. Tijdens deze sessie bespreken wij, Didactisch Domein Experts bij Noordhoff, een aantal belangrijke onderwijsthema’s van de afgelopen jaren. Wij gaan terug naar de ontstaansgeschiedenis van thema’s, zoals basisvaardigheden, burgerschapsonderwijs en digitalisering en bekijken de reacties hierop vanuit het brede werkveld. Wat kan het onderwijs van deze ontwikkelingen leren voor de trends van de toekomst? En wat heb jij daar aan als wiskundedocent?

De Didactisch Domein Expert is een functie binnen Noordhoff gericht op het raakvlak tussen wetenschap en praktijk. Wij kijken met een wetenschappelijke bril naar de didactische keuzes in onze leermiddelen en naar de ontwikkelingen in het onderwijs in brede zin.

U3. Watskeburt?! Een kritische blik op (digitale) informatie. (lokaal B.014)
Lars Kwant & Team KERN Wiskunde

Samenvatting: Recent onderzoek toont aan dat we gemiddeld per persoon bijna twee uur per dag besteden aan sociale media. Via allerlei websites, tv-zenders en magazines worden we continue voorzien van het laatste ‘nieuws’. De hoeveelheid informatie die we binnenkrijgen is enorm. De betrouwbaarheid van deze informatie is lastig in te schatten, regelmatig worden data (al dan niet bewust) misleidend gepresenteerd. In deze workshop bekijken we enkele voorbeelden van informatie uit de praktijk met een kritische blik. Het materiaal bij de workshop mag worden ingezet in de eigen les om zo ook de jeugd van tegenwoordig kritisch te leren nadenken over informatie.

U4. Tips voor het voorbereiden van lessen met de TI-84 Plus CE-T
(Python Edition) (lokaal B0.16)
Ludovic Wallaart (Texas Instruments)
In deze workshop laten we zien hoe je eenvoudig functievoorschriften, instellingen en achtergrondafbeeldingen opslaat op de TI-84 Plus CE-T (Python Edition) en zelfs deelt met leerlingen. Zo bereid je de les snel voor, gebruik je technologie als ondersteuning en heb je in de klas alle aandacht voor wiskunde. Je kunt bijvoorbeeld direct aan de slag met het demonstreren van de uitwerking van een opgave met de grafische rekenmachine, en hoeft niet te wachten tot alle leerlingen de juiste functievoorschriften hebben ingetypt. Of je laat in de klas een stuksgewijs gedefinieerde functie zien, die je vooraf al hebt ingevoerd.

Reacties zijn gesloten.